Benoeming AMATEUR VAN HET JAAR 2010
Considerans, uitgesproken door prof.ir. K.H.J. Robers,
PAØKLS, tijdens de Dag voor de Radioamateur te Apeldoorn op
22 oktober 2011
Mijnheer de voorzitter, dames en heren,
Vorige week was het weekend van de Jota. Zoals elke zendamateur weet maken dan
jongens en meisjes van Scouting contact via de amateurbanden met andere jongens
en meisjes van andere scoutinggroepen. Diverse radiozendamateurs in de wereld
doen daar aan mee en verhuizen een deel van hun "Shack" naar de blokhut van een
scoutinggroep bij hen in de buurt. Intussen is deze Jota, Jamboree On The Air,
uitgegroeid tot een van de belangrijkste evenementen waarbij jongeren in contact
komen met het radiozendamateurisme. Niets is zo mooi voor een scouting-groep als
het hebben van leden die óók radiozendamateur zijn. Tijdens de
Jota ontstaan er derhalve nieuwe cursisten voor de cursussen die de diverse
afdelingen van de VERON organiseren. Het Vederfonds is verheugd te zien dat er
op deze wijze wordt gewerkt aan de continuïteit van het
radiozendamateurisme.
Tijdens de Jota waren er overzichtskaarten te zien waarop de dichtheid van
Jota-stations was af te lezen. Deze kaarten zijn gemaakt door de nationale en
internationale Scoutingorganisaties. Het was opvallend te zien dat op de kaart
van Europa de Jota-dichtheid van Nederland zó groot was, dat daarvoor een
apart uitvergroot kaartje van ons land nodig was. Scouting Nederland en de
Nederlandse radiozendamateurs doen het dus zéér goed als Jota-ers.
Bovendien zagen wij dat op de aparte Jota-kaart van Nederland er een uitvergroot
kaartje van Zuid Limburg en van de regio Eindhoven was afgedrukt en dat toonde
welke groepen er daar mee deden. Op de gewone kaart was dat niet meer te lezen,
zoveel lettertjes over elkaar heen. "Maar ja", hoorde ik iemand zeggen, "wat wil
je ook, in het Silicon Valley van de radiotechniek."
Tijdens de Jota vingen wij de volgende opmerking op over de veranderde ervaring
van de huidige jongeren: "Weet je nog, lange tijd was het heel moeilijk
voor de scouts om de communicatie in enkelzijband op de korte golf te verstaan.
Dit is in de laatste jaren geheel veranderd! Blijkbaar zijn ze zo goed gewend
aan de beroerde spraakkwaliteit van hun GSM, dat ook een scheef afgestemd
EZB-signaal voor hen uitstekend te verstaan is." Tot zover dit korte bericht
over de Jota, waarvan wij vinden dat het Nederlandse zendamateurisme er best
trots op mag zijn.
Ja, wat je al niet allemaal doet als radiozendamateur. Maar er zijn ook zoveel
aspecten aan deze hobby, een hobby die bovendien veel kenmerken vertoont van het
uitoefenen van een wetenschap. Ik heb het daar al eens eerder over gehad.
Sommigen beperken zich tot één of enkele aspecten, maar anderen
doen, lijkt het wel, alles.
Meestal begint het met de techniek, solderen dus, en het verkennen van de ether.
Het is ook zo wonderlijk dat je met een schakeling die een wisselspanning opwekt
en een stukje draad of wat metalen staafjes in de lucht gestoken, honderden, wat
zeg ik, duizenden kilometers verder nog te horen bent. Niets er tussenin dan de
blauwe lucht. Geen koperdraad, geen glasvezel, geen internet, geen basisstations,
geen infrastructuur, helemaal niets. Dat geeft een gevoel van ongebondenheid,
een gevoel van vrijheid. Als je dat dan ook nog eens zèlf maakt en
optimaliseert, dan geeft dat een kick. Nog steeds zijn er bovendien gebieden op
de zeer hoge frequenties die nauwelijks ontgonnen zijn. Daar loopt de reguliere
wetenschap nog steeds achter de zendamateurs aan, ook al is dat niet altijd zo
goed te zien, omdat het vaak dezelfde personen zijn. Niet verder vertellen, maar
een bedrijf dat goede technici zoekt die verstand hebben van analoge
schakelingen, Hoog Frequent, antennes, en radio vindt die vrijwel uitsluitend in
de gelederen van de radiozendamateurs. Het lijkt wel alsof deze technici in het
reguliere onderwijs niet meer worden opgeleid. Of het zou zo moeten zijn dat
degenen die daar dan tòch opgeleid worden "natuurlijk" ook
radiozendamateur worden? Het resultaat is hetzelfde. In een wereld die steeds
meer draadloos wordt, onderstreept dit het belang van het door de VERON
afdelingen blijven houden van cursussen die opleiden tot het zendexamen. De
cursusgevers of docenten, hoe moet ik dat noemen, doen iets wezenlijks voor het
voortbestaan van de radiotechniek in ons land, maar wat misschien nog wel
belangrijker is, voor het toekomstig levensgeluk van hun jonge cursisten.
Dat brengt mij bij een ander aspect: het verenigingsleven. Anton Veder, de
oprichter van het Vederfonds, was tevens oprichter van de NVVR, de eerste
amateur-vereniging in ons land. Als bevlogen radiozendamateur van het eerste uur
zag hij al snel het belang in van de persoonlijke onderlinge communicatie, zoals
je die in een vereniging kunt organiseren. En nog steeds leeft het
radiozendamateurisme voor een belangrijk deel in de afdelingen van de
verenigingen. De voordrachten die daar gehouden worden ondersteunen de
permanente educatie van onze amateurs. Eh...., hoe heet het ook alweer.... "Een
dienst van zelfontwikkeling en zelfontplooiing.....". Want deze voordrachten
zijn ècht vóór en dóór de amateurs, een
belangrijke zaak. Ga daar regelmatig heen en volg deze presentaties, anders
raakt u accuut achterop.
Maar er is meer in het verenigingsleven dat de aandacht waard is. Een
vereniging, een afdeling, kan niet zonder een goed bestuur. Het vinden van goede
bestuurs-leden is vaak lastiger dan het van buitenaf wel eens lijkt. Eigenlijk
zou iedere radio-zendamateur na verloop van tijd zijn verantwoordelijkheid
moeten inzien en desgevraagd enige jaren een klein beetje van zijn vrije tijd
ter beschikking moeten stellen door een fuctie in het locale afdelingsbestuur te
aanvaarden. De gedachte: "Nou is mijn tijd ook eens gekomen" is daarbij een
uitstekend uitgangspunt. Gelukkig zien wij nog steeds dat ook jonge amateurs
deze stap nemen. Al snel blijkt het dan "best wel aardig" en zo heel anders dan
je eerst gedacht had. Want wij zien ook amateurs die vele jaren achtereen in een
bestuur zitten en daar diverse fucties bekleed hebben. Gelukkig maar, zij zijn
het langetermijngeheugen van de afdelingsbesturen, reden waarom het er in de
afdelingen meestal heel goed aan toe gaat.
In sommige afdelingen zien wij het gezamenlijk zelfbouwen van de grond komen.
De wat ervarener leden bereiden een interessant zelfbouwproject voor, dat door
de wat minder ervarenen onder hun leiding in elkaar gezet wordt. Daarbij en bij
de in bedrijfstelling en afregeling, komt heel wat overdracht van kennis en
ervaring kijken. Daar juist gaat het om. Voor velen is dit tevens de stap naar
een geheel nieuwe galerij van het vakgebied, zoals Software Defined Radio of
kleine z.g. "embedded" micro-computers. Het is voor de meesten heel belangrijk,
dat je hierbij eerst aan de hand meegenomen wordt, voordat je op jezelf gaat
lopen. Ook daarmee wordt vorm gegeven aan de al eerder genoemde
"zelfontwikkeling en zelfontplooiing".
Wij zien ook een oplevende koppeling in interesse voor het zendamateurisme en
voor astronomie, en natuurlijk radioastronomie. Heel gemakkelijk is dit te zien
in de groep rondom de radiotelescoop van Dwingelo. Je zou verwachten dat deze
groep zich zou verliezen in het gebruik van dit voor amateurbegrippen
gigantische instrument om verbindingen te maken over veel grotere afstanden, al
dan niet met gebruikmaking van reflectie tegen de maan, dan thuis met een paar
Yagi's op het dak mogelijk is. Maar wij zien bij velen uit deze groep juist een
hang naar het opnieuw doen van astronomische waarnemingen. Niks zenden....
luisteren; nauwkeurig en langdurig luisteren; naar de ruis. Maar ook zien wij
radiozendamateurs die het veel dichter bij huis vinden en bij de plaatselijke
sterrenwacht een prominente plaats weten in te nemen in het waarnemingsteam.
Soms hebben zij ook zelf een niet onverdienstelijke sterrenkijker en zien wij ze
zelfs op plaatsen als het pinksterkamp naar de sterren en de maan turen.
Astronomie en het zendamateurisme hebben blijkbaar veel gemeen.
Radiozendamateurs zijn ook te porren voor een wedstrijdje. Wij hebben het hier
al vaker gehad over het jagen op radiovossen, een tak van sport die vrijwel
alleen door zendamateurs beoefend wordt. Er is ook een unieke koppeling te maken
tussen het fysieke jagen, het als eerste bij de vos zijn, het gebruik daarbij
van zelf ontworpen en gebouwde apparatuur en het ruimtelijk inzicht dat je nodig
hebt om gemaakte peilingen om te zetten in een locatie op het terrein, waarin je
je zelf bevindt. Los daarvan ligt er de uitdaging om betrouwbare vossen, zenders
dus, te ontwerpen en te maken en daarmee een jacht voor anderen uit te zetten.
Zo zijn er ook hier weer vele aspecten waarmee de radiozendamateur zich bezig
kan houden.
Het onder radiozendamateurs meer bekende soort wedstrijden zijn de contests,
waarbij in een beperkte tijd
zo veel mogelijk contacten gelegd moeten worden over zo groot mogelijke
afstanden, en dat dan nog eens op zoveel mogelijk frequentiebanden. Het is
daarvoor dan van belang om op veel verschillende frequentiebanden goede
apparatuur te hebben, ook wanneer je weet dat je er in zo'n contest maar
één of twee verbindingen mee kunt maken. Voor UHF en zeker SHF
betekent dat het zelf maken van je zenders en ontvangers. Tevens is het dan vaak
cruciaal dat je toegang hebt tot een hoog punt in de buurt, om daarmee de
radiohorizon zo ver mogelijk van je af te schuiven. Nooit een saai moment in het
leven van een radio zendamateur.
Nee dames en heren, het is niet zo dat al de door mij genoemde aspecten verenigd
zijn in één en dezelfde persoon; maar wel véél. Hebt
u al een idee wie het is? Bent u al een paar keer omgezwaaid naar een ander? Of
hebt u nog steeds geen idee? Wees gerust, want ik ben nog niet klaar.
Een wetenschapper en dus ook een radiozendamateur, moet zijn ontdekkingen en de
exprimenten die daaraan ten grondslag liggen, delen met anderen. De gewone
wetenschappers hebben daarvoor een groot aantal vakbladen en daarin publiceren
zij hun artikelen. Zo ook de zendamateur. Hij schrijft artikelen en stuurt die
naar zijn speciaal daarvoor opgestelde wetenschappelijke vakblad, ik heb het dan
over Electron. Dat is de communicator van ons vak. Ook daarin zit een belangrijk
deel van de "zelfontwikkeling en zelfontplooiing". Artikelen schrijven en
wachten tot ze verschijnen. En natuurlijk: ze lezen.
Nou is een van de lastige aspecten van Electron dat de redactie nogal wat
artikelen in voorraad heeft en houdt. Het kan dus zomaar een jaar of meer duren
voordat jouw artikel aan de beurt is. Een mogelijkheid om daarmee om te gaan is
je er niets van aan te trekken en zorgen dat er nog meer artikelen van je in de
redactiemap van het blad terecht komen. Ooit komen ze wel tevoorschijn. Een
andere manier is om contact op te nemen met de redactie en vragen of ze geen
behoefte hebben aan een redacteur. Dan kun je je eigen artikeltjes wat
begeleiden en ervoor zorgen dat het wat sneller gaat met het drukklaar krijgen
van technische artikelen. En je hebt ineens veel minder tijd om zelf te
schrijven. Met een redactie van een blad als Electron is het al net als met de
afdelingsbesturen, het zijn altijd dezelfde mensen die het moeten doen.
Dames en heren, het verheugt het bestuur van de Stichting Wetenschappelijk
Radiofonds Veder dat het Hoofdbestuur van de VERON een radiozend-amateur heeft
voorgedragen als Amateur van het jaar 2010, die het radiozendamateurisme breed,
wat zeg ik, zeer breed beoefend heeft. Zowel de techniek, het gedrag van de
wereldruimte en het zelf maken van elektronische schakelingen had zijn warme
belangstelling, alsook de vereniging die het zonder afdelingsbestuurders en
redactieleden niet kan stellen. Het Stichtingsbestuur heeft deze voordracht dan
ook gaarne overgenomen.
Dan wil ik nu graag het woord geven aan de voorzitter van het Wetenschappelijk
Radiofonds Veder, mevrouw Françoise Olthof-Kosters. Zij zal U gaan
onthullen wie de titel Radioamateur van het Jaar 2010 gaat dragen.
Mevr. F. Olthof-Kosters, voorzitter van het Vederfonds:
Meneer de voorzitter dames en heren,
Ieder jaar ontvangt het Vederfonds van het hoofdbestuur van de VERON een
voordracht voor de amateur van het jaar. Dit jaar was techniek en inzet het
hoofdargument voor de werkgroep van de VERON. De keuze wie de amateur van het
jaar 2010 zou worden was snel gemaakt. Het bestuur van het Vederfonds heeft de
voordracht dan ook van harte overgenomen.
Maar voor dat ik overga tot de bekendmaking van de Amateur van het jaar 2010 wil
ik eerst vertellen wat het Wetenschappelijk Radiofonds Veder is. Het Vederfonds
is door mijn overgrootvader Anton Veder in 1927 opgericht. Hij was een zeer
gedreven zendamateur. Anton Veder was 10 jaar voorzitter van de NVVR
(Nederlandse Vereniging Voor Radiotelegrafie). De NVVR is later opgegaan in de
Veron. Uit die verbondenheid is het idee ontstaan om jaarlijks een amateur van
het jaar te benoemen.
"Het jongste, meest omvattende verkeersmiddel dat de mensheid samenbindt"
zo werd de radiotelegrafie begin 1900 omschreven. Met deze gedachten heeft Anton
Veder het Vederfonds opgericht Hij wilde graag mensen steunen en stimuleren die
zich voor deze wetenschap inzetten. Tot op heden is daar niets aan veranderd.
Dat Anton Veder het fenomeen radio belangrijk vond, blijkt wel uit het feit dat
zijn vrouw en kinderen het morsealfabet moesten leren en dat zij zelfs werden
ingeschakeld bij het vervaardigen van de componenten, met name de micaplaatjes
voor de condensatoren.
In de Eerste wereldoorlog was Anton Veder in dienst als sergeant, die als
verwoed radioamateur op de radioafdeling werd ingezet. Deze afdeling was echter
bij Anton Veder zelf thuis. De afdeling kwam regelmatig bij de familie Veder
dineren. Tijdens zo'n diner hoorde mijn grootmoeder, "zijn dochter", dat in de
groene broodtrommel de oorlogsinstructies klaar lagen voor het geval Nederland
onverhoopt plotseling zijn neutraliteit zou verliezen.
Nadat Anton Veder in 1928 op 48 jarige leeftijd overleed, wordt de
voorzittershamer overeenkomstig de statuten overgedragen aan zijn toen 19 jarige
dochter Mevrouw van Hoboken - Veder. Zij is maar liefst 50 jaar voorzitter
gebleven en heeft zo een belangrijke bijdrage geleverd aan wat het Vederfonds nu
is.
U zult zich afvragen: "Hoe komt het Vederfonds in aanraking met alle
genomineerden en prijs winnaars?" Welnu, dit vindt zijn verklaring in de
samenstelling van het bestuur. Alle vroegere en zittende bestuursleden, buiten
de voorzitter en Secretaris, bekleden door het hele land functies op Nederlandse
Universiteiten en/of hebben een functie bij een van de grotere ondernemingen die
zich met de ontwikkelingen in de radiotechniek bezig houden.... en een
vertegenwoordiger van de zendamateurs. Hierdoor komen wij met vrijwel alle
ontwikkeling in aanraking.
Sinds 1929 reikt het Vederfonds jaarlijks wetenschappelijke prijzen en
beloningen uit. Het gebeurt ook wel eens dat er geen prijs wordt uitgereikt,
omdat het bestuur de voorstellen niet "Vederprijswaardig" vindt.
Dan wil ik nu overgaan tot de bekendmaking van de amateur van het jaar 2010. Dit
jaar hebben we te maken met een amateur die van alle markten thuis is. Hij heeft
vossenjachten georganiseerd, heeft vele jaren bestuurservaring en kan ook nog
publiceren.
De amateur van het jaar 2010 is geworden:
De heer Volker van Hoorn PAØVVH uit Mook.
Ik verzoek de heer van Hoorn naar voren te komen.
Amateur van het jaar 2010: Volker van Hoorn, PAØVVH

|